vrijdag 22 juli 2011

David Jansen Weert

De toenaam Weert werd (misschien net als die van Smit of Backer) rond 1600 nog blijkbaar voor personen uit verschillende lijnen gebruikt. Naast Jan Jansen Weert was er immers ook een David Jansen Weert. Dat waren in elk geval geen broers. Mogelijk wel neefs.

De vragen rond deze David (tot welke familie behoorde hij ?) verdwijnen, als nog enkele Schepenakten en een Overloper op een rij worden gezet. Ze bevestigen met elkaar de familierelaties van Jan Mattheeusen en Neelken Pieters tot David Jansen Weert en Janneken Jacobs Snoup, zoals eerder getekend. Nog niet alle woonplekken zijn aan te geven. Duidelijk is al wel, dat gerekend vanaf het eerste Brandslop (van W naar O aan de Noordzijde van de Dorpsstraat) tot de School * rond 1650 de bewoners waren:


De voornaamste gegevens voor de familielijn zijn:

Davidt Jansen Weert is schuldig aan Ds Jacob de Klijver Pd 40 Vls. Hij stelt als onderpand zijn huis aan de Noordzijde van Wemeldinge op Ambachtsheerenvroone met nog een ledige vroone aan de rijweg. Belendende percelen zijn: O Parochiehuis, Z de Herenstraat, W Jan Jansen Weert, N dezelfde. Neelken Pieters, weduwe van Jan Mattheeuse stelt zich als borg. RAZE 3605, fol 28, 2-10-1660.

Janneken Jacobs Snoup, weduwe van Davidt Jan Mattheeusen, als moeder en voogdes van haar vier jonge wezen (Joannis, Jacob, Mattheeus, en Catelina), en Pieter Jan Mattheeusen als rechtmatig toeziend voogd, hebben een akkoord gesloten met betrekking tot het vaderlijk goed van de eerder genoemde vier wezen. De moeder verbindt haar huis "t'slants Welvaren" tot zekerheid van nakoming. RAZE 3632, fol 21v, 17-3-1662.

Neelken Pieters, weduwe van Jan Mattheeuse, ziek te bed, maakt haar testament. Haar zoon Pieter Jansen krijgt de helft van haar woonhuis met de helft van alle pachtlanden. De ene helft aan bovengenoemde Pieter Jansen en de kinderen van Davidt Jansen de andere helft, die hierbij als haar enige erfgenamen worden aangewezen. RAZE 3605, fol 66, 9-4-1663.

Neelken Pieters, weduwe van Jan Matteeuse, annuleert haar testament van 9-4-1663 vastgelegd bij schepenen. Zij verklaart, dat de na te laten goederen als volgt zullen worden verdeeld: de ene helft aan de kinderen van Pieter Jansen en de andere helft aan de kinderen van Davidt Jansen. Gedaan 27-1-1667 ten huize van Ds Jacobus de Klijver. RAZE 3605, fol 132, 27-1-1667.

Bovenstaande weduwe [Neelken Pieters] geeft, tot meerdere zekerheid voor de borgstelling voor haar zoon, Davidt Jansen Weert, bij Ds Jacobus de Clijver, gedaan op 2-10-1660 [de eerste akte hierboven] de overwaarde van haar huis, gelegen in de Hoek tussen het Dorp en de Reepweg, op 128 R eigen erf en 86 R vroone. Belendende percelen zijn: O. Jacob Reynouts, Z en W de Herenweg, N de Armen alhier. RAZE 3605, fol 133, 27-1-1667.

Hoek 21. De hoek tussen 't Dorp en de Reepweg

Begint van de oostkant, naar het westen opstrekkend
Foort Christiaens, waar hij op woont (285 R)
Leyn Mertss, waar hij op woont (146 R)
Steven Mejonck, waar de schuur op staat (565 R)

Springt op het vroonken waar de veste omheen ligt
vroone, Kerk van Wemeldinge (97 R)
vroone, west hiervan, eigendom betwist, waar Nout Claess woont (84 R)
Ambachtsheren vroone, noord hiervan, Jan Mattheeus (128 R)
vroone, Armen van Wemeldinge (25 R).

Springt over de Heerenweg naar het westen op
Adriaan Pieters Verburch (80 R)
Marinus Verburch, waar de schuur op staat (216 R)
Marinus Verburch, west hiervan (493 R)
Claes Leynss, noord hiervan, aan de Quadenweg (168 R)
Hierin vroone 93 R, blijft schotbaar land 75 R

Totaal zonder de vroonen 6 8 188 R
[Hierin] vroonen 299 R

[Update 27 juli 2011]


* Aangenomen is dat de school op ongeveer dezelfde plek stond tussen 1628 en 1675. Dat is niet zeker. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten